De familie Noteboom en Jacob Roth (met hondje). | Foto: pr
De familie Noteboom en Jacob Roth (met hondje). | Foto: pr

Een ‘Stolperstein’ voor Jacob Roth, afgevoerd uit Hillegom in 1943

Ingezonden

Van Frits Homan kreeg de redactie onderstaande tekst en foto:

“Jacob Roth, een Joodse inwoner van Hillegom, werd in het voorjaar van 1943 met geweld door NSB’ers opgepakt van zijn woonadres 2de Loosterweg 84 in Hillegom. Na één nacht in een cel opgesloten gezeten te hebben, werd hij afgevoerd naar Westerbork en vandaar uit naar concentratiekampen in Polen. Zijn verloofde Marie Schoen ontving op 14 juni 1943 nog een laatste bericht van Jacob. Men vermoedt dat hij in de loop van november 1943 is vermoord. Op donderdag 25 november wordt ter nagedachtenis aan hem in de stoep voor 2de Loosterweg 84 een Stolperstein geplaatst.

Toen ik samen met mijn vrouw Lenie in 2004 de vooroorlogse woning 2de Loosterweg 84 in Hillegom kocht, had ik geen enkel vermoeden van de tragische én historische gebeurtenissen die zich in de oorlogsjaren hierin hebben afgespeeld. Wij vielen voor de prachtige glas-in-loodramen, die nog waren overgebleven boven de deur en één raam. Op Bevrijdingsdag in 2005 bezochten wij de tentoonstelling over de Hillegomse oorlogsjaren op de zolder van de Martinuskerk. 

Daar hing een foto van onze pas gekochte woning, die ik direct herkende aan de glas-in-loodramen. Op de foto, genomen in de voortuin, stonden drie volwassenen en drie kinderen. Stomverbaasd bezag ik de foto nog eens extra goed. De man en de vrouw bleken de eigenaren van de woning, Gosse en zijn vrouw Jeltje Noteboom, met tussen hen in, Jacob Roth met een hondje in zijn armen. De foto moet gemaakt zijn rond 1934, want de kinderen Jitske, Hennie en Kees Noteboom lijken hier op de foto respectievelijk 8, 6 en 2 jaar oud. De twee meisjes zijn in de oorlogsjaren belangrijke koeriersters voor het verzet geworden.

Thuisgekomen bekeek ik onze woning met hernieuwde blik. Vanaf de stoep zag ik de familie Noteboom staan, trots poserend voor de foto, nietsvermoedend over het tragische lot van hun huisgenoot, en ook nietsvermoedend over het komende verzetswerk van vader Gosse en de dappere verrichtingen van zijn twee dochters Jitske en Hennie. Ik liep de trap op naar boven en probeerde mij een beeld te scheppen van de toenmalige indeling. In welke kamer verbleef Jacob Roth, vroeg ik mij af, was hij helemaal ingeburgerd in het gezin Noteboom, of was hij alleen een huurder? Maar het eerste blijkt. In het boek van Frans Out (Hillegom ’40-’45) beschouwde Jitske Jacob Roth als een broer. 

Enkele jaren geleden liepen wij in Amsterdam. Daar troffen wij in trottoirs kleine herdenkingstegeltjes van messing aan, waarop stond vermeld dat in de woningen vóór de tegeltjes Joodse inwoners hadden gewoond. Met de datum waarop zij waren afgevoerd door de Duitse bezetter, én de plaats waar zij waren vermoord. De tegeltjes zijn gemaakt door de Duitse kunstenaar Gunter Demnig, en liggen nu al in vele steden in Europa. 

Stolpersteine zijn géén grafstenen, maar gedenkstenen. De tegeltjes doen ons denken aan het lot van de vele slachtoffers tijdens de Tweede Wereldoorlog. Stolpersteine zijn in minstens 1200 plaatsen in 23 verschillende landen geplaatst.

Hierdoor voelden wij ons geroepen om óók voor Jacob Roth een Stolperstein te laten plaatsen vóór de woning waarin hij jarenlang heeft samengeleefd met de familie Noteboom. 

De ‘Stichting Vrienden van Oud Hillegom’ heeft contact opgenomen met de Stichting Stolpersteine. En op donderdag 25 november wordt deze steen in het trottoir geplaatst. 

Jacob Roth komt weer terug naar Hillegom. Zijn naam zal op twee plaatsen voortleven: in Hillegom vóór de 2de Loosterweg, en gebeiteld in een steen in de muur van het nieuwe Holocaustmonument in Amsterdam.”

Uit de krant