De Hoofdstraat, eind jaren '60. | Foto: archief SVvOH.
De Hoofdstraat, eind jaren '60. | Foto: archief SVvOH.

Een verkeers-utopie in de Hillegomse Hoofdstraat?

Column

Een utopie is een onmogelijke werkelijkheid, een ideale wereld die onmogelijk bereikt kan worden.

De projectmedewerkers van de gemeente Hillegom die werken aan het deel van de centrumplannen omtrent de Hoofdstraat-midden, worstelen momenteel met een verkeers-utopie op dit stukje winkelstraat. Wie al wat langer in Hillegom woont en winkelt, heeft al diverse herinrichtingen en verkeersbesluiten aan zich voorbij zien gaan. Zo'n vijftig jaar geleden was de Hoofdstraat een doorgaande straat met druk verkeer in zuid-noord richting. De voetgangers hadden de stoep, maar stapte men de stoep af dan was dat soms met gevaar voor eigen leven: bussen, auto's, bromfietsen en fietsen raasden door de smalle rijbaan met een snelheid van maximaal 50 km per uur. Van woonerven of winkelerven had niemand toen nog gehoord, laat staan van het concept "rijdend verkeer te gast". Woonerven zijn omstreeks 1970 in Nederland ontwikkeld en kregen in 1976 een wettelijke status. Sinds 1988 heet een woonerf "erf". De maximumsnelheid is 15 km/u en parkeren mag alleen op plaatsen die met een P zijn aangegeven.

Onlangs was Stichting Vrienden van Oud Hillegom bij de gemeente om mee te denken over de plannen voor de Hoofdstraat-midden. De Vrienden worden door de gemeente bij herinrichtingsplannen binnen ons dorp betrokken en uitgenodigd om mee te denken met de plannen. Waar (cultuur)historische aspecten een rol spelen wordt de Vrienden gevraagd suggesties te doen om de geschiedenis te betrekken bij de toekomst. Kleine voorbeelden hiervan zijn de tekst op de grote bank op de Houttuin (mét spelling die destijds gold!) en nog te plaatsen teksten in het Van Nispenpark en de Hoofdstraat die we nog even als verrassing houden. Ook denken de Vrienden mee over de inrichting van het groen in de Hoofdstraat.

Een oud gezegde luidt "Geen kok kan voor alle monden koken" – je kunt het niet iedereen volledig naar de zin te maken. Daar zijn de samenstellers van de centrumplannen voor Hillegom inmiddels ook wel achter. Want voor het winkelend publiek is een verkeersluwe winkelstraat heel prettig. Wie veel boodschappen haalt, wil graag de fiets in de winkelstraat stallen – het liefst vlakbij de winkel waar de boodschappen gehaald worden. Iemand die slecht ter been is, parkeert het liefst de auto middenin de winkelstraat en leveranciers willen graag zo dicht mogelijk bij de winkels kunnen laden en lossen – dat kan namelijk niet altijd aan de achterkant van de winkels. De plaatselijke horeca wil graag zitjes buiten de deur neerzetten en ziet dan niet graag (gehandicapten)parkeerplaatsen of een batterij fietsnietjes voor de deur. En dan het groen: in een mooie zomer willen we graag lommerrijk winkelen, maar bomen met veel blad laten dat ook weer vallen en dat geeft overlast. De horeca wenst geen bomen bij hun nering die nectar of bloesem 'lekken'. De gemeente wil niet al te veel snoeiwerkzaamheden hoeven inkopen of bomen plaatsen met ongebreidelde wortelgroei die de bestrating opduwt.

Zoals vaak in het leven, moet wellicht ook hier een compromis worden gezocht, met name voor het verkeer. Een oplossing is wellicht het werken met vensters: op bepaalde tijden mag er wel verkeer in de winkelstraat en op andere tijden niet. Samen delen dus. Misschien helemaal niet zo gek, en misschien toch geen utopie…?

De digitale versie van deze column staat op www.vriendenvanoudhillegom.nl onder Publicaties, Sporen van vroeger en op www.dehillegommer.nl.

Uit de krant